I.
Elk jaar in oktober doen wereldwijd hordes mensen mee aan inktober. Het idee is dan om elke dag een tekening te maken. Er zijn officiële promptlijsten voor als je inspiratie nodig hebt, maar in principe gaat het erom dat je de discipline opbrengt om elke dag iets te maken. Ik deed voor het eerst mee.
Mijn idee was om elke dag zo'n tien minuten per dag te besteden aan een kleine tekening. Het moest iets te maken hebben met horror, want oktober is immers Halloweenmaand. Hieronder zie je de resultaten.
Hoe ik terugkijk op een maand lang tekenen:
De plaatjes beginnen klein en worden steeds iets groter, al is dat op de afbeelding niet te zien.
Ik begon nooit opnieuw. Als een schets niet werd zoals ik wilde (elke dag), dan moest ik er toch mee door. Dat maakte me creatiever en het leerde me, zoals het mantra van Joost Klein, to trust the process.
Ik vond vrij snel een stijl die ik de rest van de maand probeerde vast te houden.
Elke dag iets nieuws maken gaf veel voldoening.
Het was een goede oefening in arceren (ik heb nog veel te leren).
De haast om bij weinig tijd toch een tekening af te vinken/af te raffelen zie je terug op papier.
Tekenen is illusies opwerpen, als dat lukt vallen de foutjes in de tekening minder op.
Mijn persoonlijke favorieten zijn nummers 4, 6, 11, 12, 23 en 31.
II.
Thom Yorke is momenteel bezig met een solotour aan de andere kant van de wereld waar Radiohead-fans van watertanden. Hij speelt de helft van de avond akoestische versies van de mooiste nummers. Op YouTube kun je publieksopnames bekijken van onder meer Fake Plastic Trees, Lucky, Karma Police en Sail To The Moon. Het laatste album van Radiohead verscheen acht jaar geleden, de laatste tour van de band was zes jaar geleden. De bandleden maken geen haast om een nieuwe plaat te maken. Radiohead heeft geen plannen om volgend jaar iets te doen, zei Jonny Greenwood pas geleden. Iedereen is druk met eigen projecten.
Zo speelt zijn broer Colin mee tijdens de tour van Nick Cave and The Bad Seeds. Colin Greenwood bracht vorige maand een fotoboek uit: How to Disappear: A Photographic Portrait of Radiohead. Hierin staan foto's die de bassist tussen 2003 en 2018 maakte van achter de schermen. Dat deed hij met een Yashica T4 Super, een 35mm-compactcamera. De fotoselectie is, gezien de periode van 15 jaar, wat klein. Maar het vormt wel een intiem portret van de band.
We zien vooral de passie voor muziek. Thom Yorke heeft zijn koffer nog niet uitgepakt of hij zit al achter een keyboard. En Jonny Greenwood speelt viool in de badkamer. Omdat hij de akoestiek daar zo mooi vindt, schrijft Colin Greenwood in een begeleidende tekst. Het boek is naast een verzameling foto's ook een terugblik van Greenwood op zijn tijd in de band. Zijn fijne pen maakt het werk al onmisbaar voor Radiohead-fans. Hij beschrijft onder meer de totstandkoming van Radiohead, zijn rol binnen de band, hoe het is om tijd te doden in kleedkamers, touren door de Verenigde Staten en zijn voorliefde voor James Bond. (Ik ben nog steeds boos dat Radioheads Spectre niet werd gekozen als Bond-song voor de gelijknamige film.)
Ook Nederland speelt een rol in het boek. Radiohead speelde zijn eerste festivalshow ooit (!) op Bevrijdingsdag in Haarlem. De band speelde op een woensdagmiddag in 1993 als tweede band van de dag op een klein podium, terwijl Haarlemmers ijsjes aten en langs liepen. "Ik weet niets meer van het optreden zelf", schrijft Greenwood. "Maar ik herinner het beeld van mensen op omafietsen die langs de vijver reden en rijen van witte en oranje tulpen. Later sloot het Nederlandse popduo 2 Unlimited het festival af tijdens zonsondergang met hun razend optimistische hit No Limit."
Radiohead in het voorprogramma van 2 Unlimited. Prachtig beeld.
III.
Zolang het nog kan ga ik naar Bob Dylan. Zelfs als zijn toerschema mijn bedevaartstocht naar het niet al te bruisende Düsseldorf voert. Het maakt ook niet uit dat de Mitsubishi Electric Halle een uit de kluiten gewassen gymzaal is.
Een Dylan-concert blijft magisch en is met geen ander concert vergelijkbaar. De spanning voor aanvang van een optreden voel je door het publiek gaan. Het helpt dat iedereen zijn telefoon in een afgesloten zak moet stoppen. Zo’n telefoonverbod heeft hetzelfde effect als op scholen: plotseling voeren mensen weer gesprekken.
Zo leerde ik mijn buurman kennen. Een man uit Nederland, bleek nadat we enkele zinnen in het Engels hadden gewisseld. Uit Utrecht zelfs, een stadsgenoot. "Ik vind mezelf niet echt een Dylan-gek, maar schreef wel tientallen boekjes over hem", zegt hij. Dan herken ik hem: Jochen Markhorst, ik was ooit bij een Dylan-middag in boekhandel Broese waar hij te gast was. De wereld is klein.
Tijdens het eerste nummer, All Along The Watchtower, zie ik vanaf mijn plaats aan de zijkant van het podium alleen de kruin van Dylan. De rest van zijn zittende lijf wordt geblokkeerd door monitoren van de geluidsman die op het podium staat. Gelukkig staat de oude meester (83 jaar) de rest van het concert, zodat ik hem kan zien. De mensen op rijen onder mij hebben minder geluk.
Dylan is al jaren een enigma en dat blijft hij zelfs als je een ruimte deelt. Het licht op het podium is gedimd tot caféniveau, waardoor hij een vage schim blijft. Een groot deel van het concert leunt Dylan over zijn piano als een kroegzanger. Al is hij de jongste niet meer, ruim anderhalf uur staan zonder steun zit er misschien niet in. Hij schuifelt over de planken. Tijdens het concert denk ik aan wat deze man al zestig jaar doet, waar hij is geweest, wat hij heeft bereikt, wat hij al meer dan de helft van mijn leven voor mij betekent. Het is in het moment bijna ondoenlijk om te bevatten.
Hij komt energieker over dan in 2022 in Amsterdam. De liedjes zijn ook beter. Een geniaal pianist zal Dylan niet meer worden, maar de melodieën die hij speelt sluiten dit keer in elk geval meer aan bij wat zijn band speelt. En hij grijpt vaker naar de mondharmonica. Het zijn traktaties om te koesteren. Desolation Row, Key West, Crossing The Rubicon, It’s All Over Now, Baby Blue en natuurlijk Every Grain of Sand. Een paar jonge vrouwen dansten door het gangpad.
Ik heb geen idee of ik Bob Dylan nog eens zie. Op 14 november speelt hij in de Royal Albert Hall in Londen, daarna staan er (vooralsnog) geen concerten gepland. Mocht dit de laatste keer zijn geweest, dan was het een mooie afsluiter. Dat denk ik overigens al jaren. Dus als hij in de toekomst toch terugkeert, ben ik er voor de zoveelste keer bij. Zolang het kan.
PS.
Menno Kooistra en Maarten Janssens brachten in 2007 de horrorstripbundel Bloeddorst uit. Na 17 jaar verschijnt een tweede deel, in samenwerking met regisseur Martin Koolhoven. Het thema van dit tweede nummer wordt dus film. "Het wordt verontrustend, creepy, under the skin, absurdistisch, surreëel en genre-bending", schrijven de makers op hun website. Niet de minste namen werken mee aan de stripverhalen, denk aan Romano Molenaar, Thé Tjong-Khing en Fred de Heij. Via een crowdfundingcampagne op voordekunst kun je alvast intekenen voor een exemplaar dat dan volgend jaar rond Halloween op de mat valt.
Schrijver Warren Ellis besprak in zijn nieuwsbrief comicpagina's die bestaan uit negen panelen. Een fijne analyse van deze specifieke kunstvorm, met heldere voorbeelden. Om te lezen moet je abonneren geloof ik, maar je doet jezelf een plezier.
Deze (bekende maar voor mij onbekende) video liet een collega me zien en sindsdien is alles anders.
Ik las De Vegetariër van de kersverse Nobelprijswinnaar Han Kang. Een waanzinnig verhaal over een vrouw die plotseling weigert voortaan nog vlees te eten. Na verloop van tijd vertoont ze zelf steeds meer plantaardige trekjes. Toevallig verscheen deze week op de website van het ILFU een essay van Alma Mathijsen over Han Kang en De Vegetariër. Daarin schrijft Mathijsen over het hoofdpersonage: "Zij is iemand die niet kan leven met de gruwelen die we elkaar aandoen, en daar niet langer onderdeel van wil uitmaken. Ik kan het niet lezen zonder aan de misdaden te denken die zich op dit moment in de wereld voltrekken."
Niets minder dan een feestweek voor fans van The Cure, want na zestien jaar is er een nieuw album. Songs Of A Lost World is een gitzwarte plaat van acht nummers, uitgesmeerd over bijna 50 minuten. Ik hou ervan, lekker zwelgen met Robert Smith, wiens stem echt de eeuwige jeugd lijkt te hebben. The Cure vierde het uitbrengen van een nieuw album met een concert, dat live werd uitgezonden op YouTube. De band speelde het nieuwe album integraal en knalde er daarna nog twee uur achteraan, bomvol met hits als A Forest, Friday I'm In Love, Boys Don't Cry en Pictures Of You.
Het is vijftig jaar na The Rumble in the Jungle, het legendarische gevecht tussen Muhammad Ali en George Foreman. Het was de wedstrijd waarin Ali de wereldtitel heroverde, nadat hij jaren daarvoor zijn bokslicentie kwijtraakte omdat hij weigerde te vechten in de Vietnam-oorlog. "Ik ga niet 10.000 mijl vliegen om een ander arm volk te vermoorden, enkel en alleen om de macht van witte slavenmeesters vooruit te helpen over de rug van zwarte mensen", zei hij. "Mijn vijanden zijn hier, niet in Vietnam." In een terugblik op NRC zag ik kraakheldere zwartwitfoto's van Ali uit die tijd, waaronder een prachtige plaat van Ali in Nederland, twee jaar na Rumble in the Jungle. Hij voer door de grachten van Amsterdam en werd daarna meegesleept naar Volendam. In een aflevering van Andere Tijden Sport uit 2016 worden herinneringen opgehaald.
Wired blikt terug op het optuigen zijn eerste website, HotWired, dertig jaar geleden. "We vergaderden over of we hyperlinks in onze teksten moesten stoppen", zegt Howard Rheingold, de hoofdredacteur van de site. "Dat klinkt nu als de vraag of je moet schrijven met interpunctie, maar alles was toen heel, heel nieuw."
Donald Trump voert campagne volgens het showworsteleffect, schrijft Corto Blommaert in de Volkskrant. "Trump-stemmers hóéven hem niet te geloven, als ze maar aandacht aan hem besteden." Genoten van dit stuk en de parallel die Blommaert trekt met de werkwijze van de absurde WWE-miljardair Vince McMahon, die de laatste tijd onder vuur ligt vanwege allerlei aantijgingen.